Contante uitbetaling creditsaldo na beëindiging bankrelatie?

Inhoudsopgave

Is de bank verplicht om 500.000 euro contant uit te betalen na beëindiging van de bankrelatie?

De rechtbank Midden-Nederland heeft in een uitspraak van 12 juni 2024 geoordeeld dat de ING Bank niet verplicht is een saldo van € 492.761,98 contant uit te betalen aan haar voormalige klant Fashion One Europe B.V.

Beëindiging klantrelatie

ING beëindigde in 2019 de bankrelatie met Fashion One, omdat het cliëntonderzoek niet succesvol kon worden afgerond. Het creditsaldo werd op een tijdelijke tussenrekening geplaatst. Fashion One vroeg in 2020 om contante uitbetaling, maar ING weigerde dit onder verwijzing naar veiligheidsrisico’s en het feit dat haar organisatie daar niet meer op ingericht is.

Oordeel van de rechtbank

Volgens art. 6:112 BW kan een schuldeiser in beginsel betaling in contanten vorderen, tenzij wet, overeenkomst, gewoonte of redelijkheid en billijkheid zich daartegen verzetten. De rechtbank oordeelde dat dit laatste het geval is: contante uitbetaling van bijna een half miljoen euro levert te grote veiligheidsrisico’s op voor zowel de bank als Fashion One.

Daarnaast had ING aangevoerd dat het saldo ook naar een buitenlandse rekening kon worden overgeboekt en dat zij het daar dan konden laten uitbetalen door de buitenlandse bank. Hiertegen is door de advocaat van Fashion One geen inhoudelijk verweer gevoerd, ondanks dat dit voor de onderneming zou betekenen dat zij fysiek naar het buitenland had moeten gaan om dit op te nemen. Hierbij kan men zich dus afvragen of dit dan wel naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.  

Maatschappelijk belang

De rechtbank benadrukte dat het feit dat Fashion One geen bankrekening wilde openen onvoldoende zwaar weegt tegenover de veiligheidsbelangen van ING. Hoewel velen zullen denken: “Maar het is toch mijn geld, ik mag dat toch opnemen wanneer ik dat wil?”, zou een toezegging van de rechter dat contante uitbetaling van zulke bedragen ieder moment kunnen worden opgenomen, ertoe leiden dat iedereen zijn spaargeld cash bij de bank kan komen opeisen. Dit zou zeer ingrijpende gevolgen hebben voor de bancaire sector.

Beslissing van de rechtbank

De rechter oordeelde dat de vordering van Fashion one moest worden afgewezen en het bedrijf de proceskosten van ruim 2000 euro moest betalen.

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van het laatste juridische nieuws en deskundige inzichten – direct in je inbox!